zaterdag, maart 03, 2007

Voorbereidingen voor Purim
Vrijdagmiddag 3 uur, er wordt gebeld. Ik doe de deur open en voor mij staat een lange man, zijn neus geschminkt en een feestmuts op zijn hoofd. Maar dan zie ik zijn kleding en peijes: dit is een echte chassid maar al vast verkleed voor Purim. Ik vertel hem niet dat ik dit jaar verkleed ga als chassid, met witte rabbi Nachman keppel, lange zwarte peijot en een tallit katan over mijn kleren, maar inwendig moet ik lachen. Een vrouw verkleed als chassidische man zou hij zeker niet op prijs stellen. Hij vraagt om tsedaka geld. Ik geef hem wat en op het ontvangstbewijs dat ik van hem krijg staan de woorden "ahavat chinam" ("gratis liefde"), een mooie uitdrukking. Het tegenovergestelde is "sinat chinam" ("haat om niets") dat als reden voor de verwoesting van de Tempel wordt genoemd en waar ik vaak aan moet denken als ik de beledigende en xenofobe uitspraken van Wilders en Verdonk hoor (zie ook het stukje hieronder "Wilders-woede').
Purim is niet mijn favoriete feest. Ten eerste houd ik niet echt van verkleden en gek doen, al maakt de alcohol het wel wat makkelijker: we moeten namelijk zoveel drinken dat we het verschil tussen Mordechai en Haman niet meer weten. Maar meer moeite heb ik met het einde van het verhaal (zie bijbelboek Esther) waarin de Joden nadat het lot is gekeerd en hun leven niet langer gevaar loopt, duizenden van hun tegenstanders vermoordden. Dit is een van de verhalen in TeNaCH waar ik grote moeite mee heb en waar ik nog nooit een goede rabbijnse uitleg over heb gevonden. Meestal is het een vorm van goed praten, zoals ook bijvoorbeeld bij de 'akedat Yitschak' (de binding/offering van Isaac) en het verhaal van de dochter van Jiftach. In de LJG-siddur is de tweede helft van psalm 137 weggelaten, omdat dit ook een vreselijke tekst is die oproept tot wraak. Maar met teksten uit Tora kan dit niet, "er mag niets aan worden toegevoegd noch weggelaten." Maar wat doe ik dan met mijn geweten???
Maar de studie afgelopen week op de yeshive over Purim was weer interessant. In de Talmud wordt Esther als persoon opgevoerd en argumenteert ze met de rabbijnen waarom haar verhaal in TeNaCH moet worden opgenomen. Vanuit geschiedkundig oogpunt is deze discussie interessant, omdat het illustreert waar de rabbijnen mee worstelden bij het vaststellen van de canon. Ook Kohelet en Shir haShirim waren discutabel. Het probleem met het boek Esther is dat Gods naam er niet in voorkomt. De rabbijnen komen met allerlei verzen die moeten bewijzen dat God wel degelijk de auteur van dit boek is. Maar de meeste van deze argumenten worden direct weer van tafel geveegd.
"Hester panim" is de Hebreeuwse uitdrukking voor het verborgen gezicht van God. Iemand wees op de tegenstrijdigheid in de naam 'Megillat Esther'. Megilla kun je uitleggen als ontdekken/openbaren en Esther van verbergen/verstoppen/bedekken. Maar zoals mijn docent kabbala altijd zegt: juist door iets (gedeeltelijk) te bedekken wordt het zichtbaar ("through conceiling things are revealed"). Zo zie je bijvoorbeeld de zonnestralen pas als ze gefilterd worden door de wolken. Of een woestijn in maanlicht laat veel meer nuances zien dan in het harde zonlicht midden op de dag.
Voor bijna iedereen begint Purim vanavond, maar in Jeruzalem vieren we "Sushan-Purim" een dag later (15 Adar), omdat de gevechten in de ommuurde hoofdstad Sushan nog een dag langer doorgingen. Ik ga mijn peijes in mijn keppel vast naaien.

Purim Sameach!

vrijdag, maart 02, 2007

Wilders-woede
Onderstaande reactie schreef ik op het terechte commentaar in Trouw vandaag op de opmerkingen van Wilders. Niet dat ik de illusie heb dat mijn reactie enig verschil maakt, maar het is een goede uitlaatklep voor mijn woede en het enige middel dat mij ter beschikking staat.
(zie www.trouw.nl/deverdieping/dossiers/article645599.ece
voor het commentaar)

Hartelijk dank voor uw commentaar, dit is inderdaad Nederland op zijn smalst. Is dit het Nederland waaraan ik loyaal moet zijn? Politici die haat en verdeeldheid zaaien? Of moet ik trots zijn op de Nederlanders die mijn grootvader verraadden omdat hij actief was in het verzet of die mijn Joodse familie wegvoerden? Nee, dat weiger ik. Honderd keer liever steun ik mensen als Aboutaleb en Albayrak die zich inzetten voor een samenleving waar respect is voor een ander. Laten we mensen beoordelen op wat ze zeggen en doen, niet op hun godsdienst, geboortegrond of huidskleur. Het wordt tijd dat we grenzen stellen aan deze ongebreidelde beledigingen.
Een Joodse Nederlander

Clary Rooda, Amsterdam/Jeruzalem